Overslaan en naar de inhoud gaan

Waarom dragerschapstest?

Als je grotere kans hebt om drager te zijn van een ziekte die autosomaal recessief erfelijk is, dan wil je misschien wel of niet laten testen of je drager bent. Als jij en je partner allebei drager zijn van dezelfde erfelijke ziekte, dan hebben jullie (toekomstige) kinderen allemaal kans op die ziekte. Of je een dragerschapstest wilt laten doen, is een persoonlijke keuze. De erfelijkheidsarts kan je helpen bij het maken van een keuze.

Om over na te denken bij een dragerschapstest

  • Als je misschien een grotere kans hebt om drager te zijn, dan kun je voor de keuze te staan om wel of geen test te doen. De keuze om de test te doen kan je onzeker maken. Misschien had je er liever niet over nagedacht.
  • Als je een dragerschapstest laat doen, dan kan uit de uitslag blijken dat jij en je partner geen drager zijn van dezelfde autosomaal recessief erfelijke ziekte. Dan hebben jullie geen kans op een kind met die ziekte.
  • Blijkt uit een dragerschapstest dat jij en je partner drager zijn van dezelfde autosomaal recessief erfelijke ziekte? Dan weet je dat je een kans van 1 op de 4 (25%) hebt op een kind met deze ziekte. Ook heb je een kans van 1 op 4 (25%) dat je kind de ziekte niet heeft. En je hebt een kans van 1 op 2 (50%) dat je kind ook drager is. Die kansen zijn bij iedere zwangerschap gelijk. 
  • Als jullie allebei drager blijken te zijn van dezelfde ziekte, kan dat angst en onzekerheid geven over de toekomst.
  • Als jij en je partner kans hebben op een kind met een ziekte die autosomaal recessief erfelijk is, dan heb je verschillende keuzes.
  • Als uit de uitslag blijkt dat jij drager bent van een autosomaal recessief erfelijke ziekte. Dan kunnen je familieleden ook drager zijn.
  • Als je niet kiest voor een test, dan accepteer je dat je misschien kans hebt op een kind met een ziekte die autosomaal recessief erfelijk is. 
  • Als je voor de test kiest, dan kan het wachten op de uitslag spannend zijn.
  • Als jullie niet allebei drager blijken te zijn van dezelfde ziekte die autosomaal recessief erfelijk is, weet je nog steeds niet zeker dat je kind gezond zal zijn. Er is namelijk altijd een kleine kans op een kind met een andere (erfelijke) ziekte.

Om wel of niet te kiezen voor een test, is het belangrijk dat je genoeg informatie hebt. Dan kun je een beslissing nemen die bij jou past. Bij een afdeling klinische genetica krijg je informatie en begeleiding bij het maken van een keuze.

Je kunt alle informatie over de test goed doorlezen. Dan kun je bepalen wat de gevolgen van de uitslag  voor jou en je familie kunnen zijn. De klinisch geneticus kan je hierbij helpen.

Heb je een vraag? erfolijnaterfocentrum.nl (subject: Vraag, body: Naam%3A%0A%0AMijn%20vraag%20is%3A) (Mail) ons.